Baarmoedermotoriek: een vergeten gamechanger.

Expert opinie 24/08/2022

Wat baarmoedermotoriek ons vertelt over de zwangerschapskans bij ivf.

Lange tijd werd de contractie-activiteit van de baarmoeder gemeten aan de hand van een subjectieve visuele inspectie. Inmiddels is er een objectieve meetmethodiek ontwikkeld om de baarmoedermotoriek te bestuderen. Dick Schoot, gynaecoloog in het Catharina Ziekenhuis in Eindhoven en het UZ in Gent, was betrokken bij de totstandkoming van de methode. Hij legt uit welk belang het meten van de baarmoedermotoriek heeft voor de fertiliteitszorg.

Hoe is het onderzoek naar baarmoedermotoriek tot stand gekomen?
“Al in de jaren negentig verrichtte een groep artsen uit het MUMC onder leiding van gynaecoloog Henk Hoogland onderzoek naar de motoriek van de baarmoeder. Destijds gebeurde dat nog aan de hand van ivf-echo’s die werden opgenomen op een VHS-recorder, waarna de banden op verhoogde snelheid werden afgedraaid. Aan de hand van deze beelden constateerden de onderzoekers dat de baarmoedermotoriek gedurende de cyclus verschilt. Zo is bij een normaal functionerende baarmoeder in de eerste helft van de cyclus meer sprake van beweging dan in de fase waarin een embryo zich na de bevruchting innestelt. Vervolgens heeft gynaecoloog Iris van Gestel in het MUMC onderzoek gedaan naar het effect van een embryotransfer op de baarmoedermotoriek. Uit deze en andere studies uit de periode tussen 1990 en 2005 bleek dat er een relatie is tussen de frequentie van de contractie-activiteit van de baarmoeder en de kans op zwangerschap. Hoe meer contractie-activiteit op het moment van innesteling van het embryo, hoe lager de kans op zwangerschap.”

Een aantal jaren later kwam het onderzoek naar baarmoedermotoriek stil te liggen. Wat was daarvan de oorzaak?
“De resultaten waren veelbelovend, maar de onderzoeksmethoden waren erg ingewikkeld. Contracties van de baarmoeder werden bestudeerd aan de hand van visuele inspectie van videobeelden. Deze videobeelden waren echter vatbaar voor diverse interpretaties, en er was dan ook regelmatig sprake van variatie in observaties. Verschillende artsen kwamen op basis van dezelfde beelden tot een andere interpretatie, maar ook een arts die beelden meerdere keren bekeek kon bij een andere conclusie uitkomen. Daardoor kon het onderzoek alleen in bepaalde centra met zeer veel ervaring op dit gebied worden toegepast en werd het niet breed uitgerold in de medische wereld. Hierdoor stierf het onderzoek nagenoeg een stille dood.”

Inmiddels is er een meer objectieve meetmethode voorhanden. Waarin verschilt deze methodiek van de vorige?
“Zeven jaar geleden heb ik, samen met een aantal promovendi en Massimo Mischi van de TU Eindhoven, een studie opgezet om te onderzoeken hoe de baarmoeder beweegt en of de motoriek objectief kan worden gemeten. We zijn erin geslaagd een echoscopische meetmethode te ontwikkelen die in staat is om de bewegingen van de baarmoeder te tellen, de richting van de bewegingen te bepalen en de amplitude ervan te beoordelen. Deze methode lijkt op de manier waarop hartspecialisten de krimp en rek van de hartspier meten. Wij hebben een methodiek ontwikkeld die op vergelijkbare wijze de krimp en rek in de baarmoederwand meet. Op deze manier kunnen we het aantal contracties van de baarmoeder geautomatiseerd meten in slechts enkele minuten.”

Hoe hebben jullie de nieuwe methode ingezet bij fertiliteitsonderzoek?
“We zijn nagegaan hoe de baarmoedermotoriek eruitziet in een normale cyclus bij ongeveer 40 regelmatig menstruerende vrouwen en bij vrouwen in een postmenopauzale cyclus. Ook hebben we vastgesteld dat de beweeglijkheid van de baarmoeder bij vrouwen met adenomyose sterk afwijkend verloopt. Daarnaast hebben we bij 20 vrouwen voorafgaand aan een ivf-behandeling de baarmoedermotoriek bestudeerd, om te onderzoeken of er een relatie is tussen de contracties van de baarmoeder op het moment van de embryotransfer en de kans op zwangerschap. De vraag was of de samentrekkingen vlak voor de terugplaatsing van het embryo een indicatie geven voor de kans op zwangerschap. Uit ons onderzoek bleek dat we op grond van onze metingen, en onafhankelijk van de kwaliteit van het embryo, met een zeer sterk voorspellende waarde konden voorzien of een vrouw zwanger zou worden.”

Wat zijn de implicaties van deze resultaten voor de praktijk?
“De meetmethodiek kan worden ingezet voorafgaand aan een embryotransfer om de contracties van de baarmoeder in kaart te brengen. Als er sprake is van een ongunstige motoriek van de baarmoeder, bijvoorbeeld vanwege krachtige samentrekkingen, kan worden overwogen het embryo in te vriezen en op zoek te gaan naar de oorzaak van het afwijkende gedrag van de baarmoeder. Aan de hand daarvan kunnen stappen worden ondernomen om de baarmoeder tot rust te brengen, bijvoorbeeld met medicatie of een operatieve benadering, zodat deze rustiger is op het moment van terugplaatsing en de kans op zwangerschap toeneemt.”

Is het onderzoek naar de baarmoedermotoriek breder toepasbaar dan alleen binnen de fertiliteitszorg?
“Zeker. De meetmethode heeft een veel bredere toepassing dan alleen het bepalen van de zwangerschapskans bij het terugplaatsen van een embryo. Door de motoriek van de baarmoeder te bestuderen kunnen namelijk ook andere onregelmatigheden in beeld komen, die bijvoorbeeld kunnen wijzen op endometriose, adenomyose of uterus myomatosus. Zo kan de techniek ook dienen als diagnostisch instrument in de algemene gynaecologische praktijk. Wanneer een vrouw buikpijn heeft tijdens de menstruatie kan worden onderzocht hoe de baarmoedermotoriek eruitziet. We weten in feite nog heel weinig over baarmoedersamentrekkingen, terwijl het een essentieel onderwerp is.”

Zijn er plannen voor vervolgonderzoek?
“Het huidige onderzoek is nog erg prematuur. Het is belangrijk dat de methodiek wordt getest op een groter aantal proefpersonen. Daarom zijn we momenteel bezig om subsidie aan te vragen voor vervolgonderzoek naar de effectiviteit van de methodiek. Duidelijk is wel dat we op een heel andere manier naar de baarmoeder moeten gaan kijken. Dit onderwerp is naar mijn mening een vergeten gamechanger. Ik hoop dan ook dat het weer op de agenda komt, en het daadwerkelijk als gamechanger kan gaan fungeren!”

Vind je het leuk wat je ziet? Deel met een vriend.